Context
Van februari tot juni 2017 werkten de politieke co-animatoren en de co-animatoren uit het maatschappelijk middenveld van de Eurometropool van de Actiegroep ‘Talen leren’ aan een project voor het basis- en secundair onderwijs, dat tot doel heeft het leren van Nederlands en Frans in de regio Lille-Kortrijk-Tournai te stimuleren en de mobiliteit van leerkrachten, stagiairs (taalstages) en leerlingen te bevorderen.
De politieke co-animatoren die het project trekken zijn Sylvie Labadens (vicevoorzitster van de Conseil départemental (Département du Nord), Carle Vereecke (gedeputeerde van de Provincie West-Vlaanderen) en Jean-Luc Crucke, Waals gedeputeerde die ondertussen minister van de Waalse regering is geworden.
Tussen mei en augustus 2017 kwam de werkgroep ‘taaljumelage tussen scholen’, gemandateerd door de Actiegroep ‘Talen leren’ van de Eurometropool, verschillende keren bijeen om de acties, fasering en concrete uitwerking van het microproject vast te leggen.
We werkten met de volgende personen samen : Philippe De Coninck voor HELHa, Els Callens en Kristof Van De Keere voor VIVES, Monique Winckel voor de DSDEN van de Académie de Lille, Guillaume Brioul voor de APNES en Armand Héroguel voor Lille 3. Cécile Leclercq, voor de ESPE/COMUE Lille Nord de France sloot samen met Sabine Forrier van Howest aan midden september.
De werkgroep, die de stuurgroep van het microproject geworden is, bedacht in juli het letterwoord voor het Interreg-microproject : TALATA ‘Talent voor/pour le LAngues Talen’.
Doelstellingen en assen van het project
De actiegroep ‘Talen leren’, die in de schoot van de Eurometropool werd opgericht, heeft tot doel processen en opportuniteiten voor het leren van het NL en FR tussen de verschillende actoren en operatoren van de Eurometropool te bevorderen en verder te ontwikkelen.
Het eerste initiatief betreft de uitvoering van taaljumelages tussen de scholen uit de drie deelregio’s van de Eurometropool. De concrete implementatie van dit project zal, na afloop van het pilootproject, worden voorgesteld en toegelicht aan de actoren van de Eurometropool en aan de potentiële pedagogische partijen die belangstelling tonen voor de bestendiging van een dergelijk project.
De algemene doelen van het beoogde project zijn elkaar leren kennen, groeien in interculturele competenties en het leren van NL en FR concretiseren. De specifieke doelstellingen zijn immersie-leertrajecten ontwikkelen, interpersoonlijke contacten bevorderen door de doeltalen te gebruiken, focussen op mondelinge competenties in situaties van sociale communicatie, een stimulerende methodologie toepassen die afgestemd is op de betrokken doelgroepen.
De doelgroep
Er werd gezocht naar 12 Franse, Vlaamse en Waalse scholen met leerlingen tussen 9 en 14 jaar die reeds een startervaring hebben met een vreemde taal. Er werd benadrukt dat er bilaterale grensoverschrijdende of transregionale uitwisselingen mogelijk gemaakt werden. Zo werden er 6 tandems gemaakt (3 op het niveau van lager onderwijs en 3 op het niveau van secundair onderwijs).
Er werd vooropgesteld om een evaluatiemethode te implementeren vanuit het idee om de actie voort te zetten, te verfijnen en te bestendigen, vanuit het idee om het pilootproject uit te breiden naar scholen van de Eurometropool die belang kunnen hebben bij de taaluitwisselingen FR-NL en de opstelling van een kwaliteitsverslag na afloop van het project door de partners-begeleiders van het project (ESPE/COMUE LNF, VIVES en HELHa).
De scholen werden met zorg gekozen.
Leerinhouden, ondersteuning en timing
Het hoofdthema is duurzame ontwikkeling. Dit wordt ondersteund door de leden van de werkgroep in de vorm van advies en coaching. Het wordt gebracht via een faciliterend project. De uitwisselingen bevatten ludieke en motiverende aspecten.
In de fase 0 werden de scholen al een aantal keer samengebracht of werd de kennismaking en communicatie tussen de tandems gestimuleerd.
En verder
De context van de scholen is heel belangrijk. De belangstelling van de scholen dient gewekt te worden. Het is goed om aan te sluiten bij de sterke en of werkpunten van de scholen.
Ook een financiële ondersteuning werd gezocht. Eurometropool en ook de microprojecten van Interreg werden bekeken. Een info-sessie omtrent microprojecten werd gevolgd door de partner VIVES. Daarnaast is ook logistieke en methodologische ondersteuning zeker nodig.
Bij het schrijven van het project in de maanden juli-september werd er geopperd om met 5 acties in 5 periodes te werken. In de twee eerste acties ligt de nadruk op kennis maken en een vertrouwensband ontwikkelen en in de laatste acties het thema duurzame ontwikkeling.
Op lange termijn
Een colloquium waar de afgelopen projecten worden voorgesteld samen met de actoren-getuigen van de pilootprojecten. Good practices kunnen gedeeld worden met andere scholen, hogescholen… Disseminatie is een belangrijk gegeven.